Het gekletter van water weergalmde tegen de grote, reusachtige rotsblokken. Het wegsijpelen van regen, die overigens vanaf de bladeren van de bomen kwamen, weerklonk in Shyla's oren. Aandachtig dat ze was, met een bedenkelijk gezicht op haar gelaat geplakt, nam ze voorzichtige passen naar het water toe. De dorst was haar meester geworden en iets in haar eiste water. Dus duurde het ook niet langer, nadat ze het water grondig had bekeken, of ze had een aantal slokken gretig binnen geschrokt. Met haar tong streek ze de druppels van haar lippen weg en probeerde zich te focussen op de omgeving. Haar zwarte vacht blonk in het nog vroege zonnetje dat toch, zoals altijd , hoog aan de hemel stond. De laatste tijd was het bitter weinig koud geweest en had Shyla bijna altijd staan vloeken op die zon, puur omdat ze tegen de middag veel té warm was. In zichzelf denkend probeerde ze zich een beeld te vormen van deze omgeving; Bomen met een groot aantal gebladerte, een waterval met water waarin je je ogen kon verdrinken, natuurlijke planten aan de zijkant van de rotsblokken en een aantal baantjes met kleine kiezelsteentjes die leidden richting de bossen. Een tevreden grijns krulde rond haar mondhoeken die ze voor een moment optrok om er een paar ademwolkjes uit te laten vliegen. De damp kringelde nog even in de lucht vooraleer ie als sneeuw voor de zon verdween. Lichtjes gefrustreerd omdat ze niet meteen wist wat te doen besloot ze de tocht langs de kiezelstenen maar te nemen. Een fris briesje zorgde ervoor dat de temperatuur perfect was en Shyla met plezier de bossen in liep. Haar manen deinden zachtjes mee met de windvlagen die af en toe passeerden en ergens was ze opgelucht dat er hier toch een mooi aantal aan landschappen waren.
Een opeens grauwe plek deed haar huiveren over heel haar ruggengraat. De grond was er bedekt met een verbrande aardkorst en bladeren lagen verschroeid aan de zijkant van de weg. Shyla wist vrijwel meteen dat er hier ook vuurpaarden bestonden en het niet uitgesloten was dat zij hier zo veilig was. Opeens op haar hoede keerde ze haar lichaam kwartslag en besloot het hazenpad te nemen, terug richting de waterval. Dit gebied was te onveilig. In een aardig, snelle galop trok ze zichzelf naar haar vertrouwde omgeving en brieste een gelukzalige hinnik bij het zien van het mooie water. Ja, niets voor niets was haar element water. Het enige wat haar nog irriteerde was dat ze niets wist van wat ze met haar kracht kon doen, dat zou ze nog wel eens uitzoeken, als de tijd er rijp voor was.
-Open voor iedereen. Al is een pb'tje op voorhand wel handig =3